

Tussen 1204 en 1206 bouwt Raymond de Péreille een oud castrum opnieuw op om Katharen en faydits onderdak te bieden. Muren, barbacane, wachttoren, een waterciterne van 50 m³: Montségur II is een echt bergdorp. De kruisvaarders proberen twee keer (1212, 1213) om het in te nemen, maar falen. In mei 1243 keren ze echter terug met 6.000 man. Na tien maanden belegering, stenen kogels via een trebuchet (katapult), wordt op 1 maart 1244 de overgave onderhandeld. Op 16 maart weigeren meer dan 200 ‘perfecten’ echter om hun geloof te verloochenen en eindigen op de brandstapel van het Camp dels Cremats. Daarna laat Guy II de Lévis het Katharendorp platgooien, plaatst een garnizoen en een verdedigingsmuur van 4,20 m: Montségur III is geboren. In de 17de eeuw trekt het garnizoen weg en zwijgen de stenen… tot de erkenning als historisch monument in 1862.
Reken op 20 minuten klimmen over een rotsachtig pad (niet rolstoeltoegankelijk). Stevige schoenen, water en een windjack zijn onmisbaar – de wind is hier vaste gast! Je kan het kasteel vrij bezoeken of met een gids, en in een museum in het dorp verdiep je je kennis over de plek. Extraatje voor de nieuwsgierigen: bij de winterzonnewende valt de eerste zonnestraal met verbazingwekkende precisie door het kasteel. Toeval, magie of een meesterlijk stukje geometrie? Aan jou de keuze, zolang je de stenen maar met respect behandelt.
Ariège ligt in het zuiden van Occitanië, tegen de Pyreneeën, tussen Toulouse (in het noordwesten) en Andorra/Spanje (in het zuiden). Een langgerekt departement dat doorkruist wordt door de rivier Ariège, met Foix als charmant centrum.
In Ariège wissel je ‘s ochtends moeiteloos je middeleeuws helm voor een fietshelm. Kasteel van Foix, het adelaarsnest Montségur, de kleurrijke bastide Mirepoix – een postkaart uit de middeleeuwen. Ondergronds word je stil bij de muurschilderingen van bizons in de grot van Niaux of de gigantische ruimte van Lombrives. In de zon heb je keuze te over: het turquoise meer van Montbel, de thermen van Ax om je kuiten te ontspannen of de Monts d’Olmes voor stevige wandelingen. Voeg daar de onvermijdelijke stenen hutjes, geurige kazen en lokale keuken aan toe. Kortom: klein departement, groot speelterrein.