

Terwijl de volgende conferentie over klimaatverandering (de COP30) met rasse schreden nadert (gepland in november in Belem, Brazilië), zorgt één heet hangijzer nu al voor verhitte discussies: de prijs van hotelkamers en andere huisvesting voor de deelnemeers.
Tijdens een virtuele vergadering met Brazilië stelde het bureau van het Raamverdrag van de Verenigde Naties inzake klimaatverandering (CCNUCC**) een redelijke dagprijs voor: 100 dollar voor landen met beperkte middelen, en 400 tot 500 dollar voor de andere. Maar die richtlijnen worden totaal niet gevolgd: momenteel is het onmogelijk om via het officiële platform een slaapplaats te vinden voor minder dan 300 dollar per nacht.
De CCNUCC heeft zelfs een formele brief gestuurd met de vraag of Brazilië deze kosten gedeeltelijk kan subsidiëren. De reactie van Miriam Belchior, vertegenwoordigster van de Braziliaanse regering, was beleefd maar duidelijk: “Het subsidiëren van verblijfskosten voor delegaties, ook van landen die rijker zijn dan Brazilië, valt niet te verantwoorden tegenover de Braziliaanse samenleving.”
Van de 198 uitgenodigde landen hebben er 47 hun deelname bevestigd… en vooral ook hun verblijfskosten betaald. Maar sommige landen, zoals Oostenrijk, haken nu al af. Wenen liet in augustus weten dat het niet zal deelnemen omdat de logistieke kosten als onhoudbaar worden beschouwd.