door Julie Docsterd
De Franse overheid heeft een som van 2 miljard euro vrijgemaakt in het kader van zijn fietsplan, het ‘plan vélo’.
Onze zuiderburen worden getrakteerd op een nieuw fietsplan dat op zijn minst ambitieus te noemen is. Zowat 2 miljard euro wordt vrijgemaakt om de Fransen aan te moedigen om hun fiets van stal te halen. In september zegde premier Elisabeth Borne al 250 miljoen euro toe ten behoeve van de fiets in 2023. Maar nu weten we dat dat bedrag jaarlijks zal worden vrijgemaakt gedurende 5 jaar.
Daarmee wordt er een kolossaal bedrag van 1,250 miljard euro vrijgemaakt voor de aanleg van fietspaden in Frankrijk. De rest van het budget zal worden gebruikt om de aankooppremie voor fietsen te verlengen tot 2027, een premie die ook geldt voor tweedehands fietsen op voorwaarde dat ze door professionals worden verkocht.
In Frankrijk zetten niet minder dan vijf ministers hun schouders onder het populair maken van fietsen. Onder de overheidsinitiatieven vinden we onder andere een campagne voor 200.000 kinderen om te leren fietsen. Het doel is om hun aantal tegen 2027 te verviervoudigen, zodat ze vanaf 2027 jaarlijks met 800.000 zijn.
Er is ook een economische kant aan het fietsplan. De Franse fietsenmarkt is goed voor meer dan 3,6 miljard euro. Het fietsplan van de overheid wil een breed ecosysteem ondersteunen: de herindustrialisering en dus de assemblage van fietsen in Frankrijk stimuleren. De invoer van afgewerkte fietsen uit Italië, Roemenië, Portugal of Azië vertegenwoordigt immers nog steeds het grootste deel van de fietsen op de markt. Het doel is ook om nieuwe vakmensen op te leiden, want professionals schatten dat er in Frankrijk een tekort is aan zo’n 5.000 fietsherstellers. Tot slot wil de Franse regering dat het land tegen 2030 zo’n 100.000 km aan fietspaden heeft, tegen 57.000 km nu.