Net als de Alpen biedt het massief van de Pyreneeën een overvloed aan routes op grote hoogte voor geoefende wandelaars. Of je nu houdt van duizelingwekkende beklimmingen of stille vergezichten, hier vind je een spectaculair en puur natuurlijk berglandschap, pal op de grens met Spanje.
Naar de top van de Pic de Néouvielle
Deze toegankelijke bergtop met een hoogte van 3.091 meter is een prachtige uitdaging voor goed getrainde wandelaars. Eenmaal boven ontvouwt zich een panoramisch uitzicht over de volledige Pyreneeën. De route telt 950 meter positief hoogteverschil, met een minder goed gemarkeerd pad vanaf het meer van Aubert, nabij Saint-Lary-Soulan, gevolgd door een zone met puinhellingen. Dit is een mooie kennismaking met het alpinisme, die je best doet onder begeleiding van een berggids van het bureau in Saint-Lary. Soms zijn stijgijzers nodig vanwege hardnekkige sneeuwvelden (névés). Een stevige klim door een chaotisch rotslandschap leidt naar de Brèche de Chausenque (2.790 m). Nog 20 minuten en je staat op de top, na zo’n 3 uur en 45 minuten klimmen. Als beloning krijg je een adembenemend uitzicht over de meren van Néouvielle, de Pic du Midi de Bigorre, de Vignemale, en de Spaanse toppen zoals Aneto, Monte Perdido en Posets. Onvergetelijk.
© Philippe Bourget ©
De klim naar de Cirque d’Estaubé
In de schaduw van de bekendere ‘cirques’ van Gavarnie en Troumouse ligt de meer verborgen Cirque d’Estaubé. Juist dat maakt hem uniek: geen massa’s toeristen, enkel rust en weidsheid. Deze hooggelegen vallei is een enorme zomerweide, omgeven door een natuurlijk amfitheater van imposante bergen. In de zomer grazen hier honderden koeien en schapen op het sappige gras. Net als Gavarnie en Troumouse staat deze ‘hoge vallei’ op de Werelderfgoedlijst van de Unesco. De wandeling – heen en terug in een halve dag – is vrij gemakkelijk. Vanuit het meer van Gloriettes volg je gewoon het pad langs de Gave d’Estaubé (bergrivier) tot aan de waterval, diep in de cirque gelegen. Je staat dan voor een indrukwekkende natuurlijke muur, hier en daar getooid met enkele overblijvende sneeuwvelden. Een levendig en beschermd hooggelegen cultuurlandschap.
© Philippe Bourget ©
Langs negen meren vanuit het meer van Bouillouses
Een ideale route voor wie houdt van mysterieuze berglandschappen. De tocht naar de negen bergmeren begint aan het meer van Bouillouses (2.000 m hoogte) in de Oostelijke Pyreneeën. De start is tijdens het zomerseizoen bereikbaar met de auto of met de stoeltjeslift vanuit het station van Font-Romeu. De wandeling is technisch niet moeilijk. In amper 35 minuten bereik je het eerste meer: étang du Vivès. Het donkere water, omringd door naaldbomen, de rotsblokken, de lage wolken… het lijkt haast een Schots tafereel! Daarna loopt het pad langs veenachtige zones die doen denken aan Keltische heidevelden. Het tweede meer, Dougnes (2.240 m), ligt het hoogst. Daarboven torent de Pic Carlit (2.921 m), die zich vaak verschuilt in de wolken. De terugweg voert langs de meren van Llat, Long, Sec, Noir… De mist komt en gaat, daalt neer en stijgt weer op. Een sobere schoonheid typerend voor de bergen van Cerdagne.
© Philippe Bourget ©